last van uitstelgedrag?
5 tips om toch aan de slag te gaan!
We kennen het gevoel allemaal wel.. Je wilt gaan sporten maar het regent en je denkt; ach, er is toch niets mis mee om morgenochtend te gaan? Of, de woonkamer is ontploft en moet nu eindelijk eens goed worden opgeruimd maar het is buiten prachtig weer. De woonkamer loopt niet weg en voor je het weet loop je buiten te wandelen. Of er komt spontaan een vriendin langs voor koffie. Je pakt alle rommel op en stopt het in de gangkast. Met een beetje duwen gaat de deur van deze kast dicht en lijkt de kamer weer opgeruimd.
Maar als je ’s avonds iets uit deze kast nodig hebt vallen alle spullen naar buiten zodra je de deur opentrekt. De moed zakt je in de schoenen want je was de hele kast alweer vergeten. Nu kan je er echt niet meer omheen. Morgen ga je echt beginnen!!
Maar de volgende dag is er weer iets anders en voor je het weet ben je een week, een maand of een seizoen verder en is de achterstand alleen maar groter geworden. Zo groot dat de moed je eigenlijk in de schoenen zakt als je er aan denkt dat je echt aan de slag moet.
Uitstelgedrag, we hebben er dus bijna allemaal last van. Maar hoe kan je deze negatieve spiraal doorbreken? 5 tips die ervoor kunnen zorgen dat je toch aan de slag gaat!
1. Achterhaal waarom je uitstelt. Achterhalen wat je voelt (bv. weerstand, angst, verdriet, onzekerheid, gevoel van moedeloosheid) maakt dat je snapt waarom het zo lastig voor jou is om te beginnen. Met deze kennis kan je ook de juiste omstandigheden creëren om je uitstelgedrag te lijf te gaan. Zorg bijvoorbeeld dat je de klus samen met iemand doet, zodat als het te lastig wordt je er samen over kunt praten, samen het moeilijke moment kunt doorkomen. Zodat het daarna makkelijker is om door te gaan. Is je grootste struikelblok dat je de klus saai vindt, moeilijk of ben je te moe? Maak de omstandigheden dan zo dat het wel leuk wordt: zet je favoriete muziek lekker hard aan, haal je vriendin over om samen aan de slag te gaan of plan de klus in in de ochtend, als je nog fit bent.
2. Plan tijd in je agenda en deel je actie met iemand (een vriendin, de buurvrouw, je moeder). Zodra je een klus opschrijft wordt deze al definitiever dan wanneer dit je dit alleen in je hoofd hebt zitten. Als je dan ook nog weet dat diegene gaat vragen of je klus gelukt is heb je net even meer motivatie om ook echt te beginnen.
3. Voorbereiding is het halve werk. Begin je onvoorbereid aan een klus dan loop je de kans dat je spullen mist om de klus goed te kunnen afronden. Ga je opruimen? Haal van te voren dozen in huis om direct de spullen die weg mogen in te kunnen pakken of om spullen naar zolder te brengen. Ga je schoonmaken? Zorg dan dat je alle schoonmaakspullen in huis hebt voordat je begint.
4. Maak de afleiding minder groot. Leg je telefoon weg, zet de tv uit en begin aan je klus als de kinderen niet thuis zijn.
5. Klein beginnen! Is de woonkamer ontploft? Moet de hele zolder opgeruimd worden? Laat de verwachting los dat je dit in 1 ochtend kunnen aanpakken. Als de klus te groot is overzie je niet meer wat er allemaal gedaan moet worden, duurt het te lang, ben je bekaf naderhand en verlies je de moed om het nog een keer te doen. Begin klein met 1 plank, kast of hoek in je kamer. Zo opruimen maakt dat je de klus kunt afmaken en met een tevreden gevoel eindigt. Dit geeft moed en zin om de volgende dag of week weer verder te gaan.
En dan na afloop vooral niet vergeten jezelf te belonen! Je hebt het toch maar mooi gedaan en door jezelf te belonen maak je onbewust een positieve link in je hoofd. Zodat dit gevoel de volgende keer ook weer naar boven komt als je aan de slag wilt gaan.
Succes!
Wil je weten of ik hierin iets voor je kan betekenen?
Neem dan contact met mij op.
Bel of mail mij met je vraag en we gaan samen kijken wat ik voor je kan betekenen als organizer.